‘Je moet je mannetje kunnen staan als bedrijfsarts’
Wie denkt dat bedrijfsgeneeskunde een stoffig specialisme is, heeft het mis. Het is een veelzijdig vak waarin de patiënt, het contact met werkgevers en preventie vooropstaan. Aios Karin van Dorp weet er alles van. ‘Als bedrijfsarts lever je een grote bijdrage aan het welzijn van een patiënt.’
Met een grote glimlach stapt Karin van Dorp haar kantoor binnen. Ze komt net terug uit Limburg, waar ze de hele ochtend bij een bedrijf is geweest, en over een uur staat er alweer een volgeboekt spreekuur gepland. Karin: ‘Die afwisseling maakt het vak leuk.De ene keer overleg je met leidinggevenden over het verzuim van werknemers, daarna houd je – al dan niet op locatie – spreekuur voor patiënten en vervolgens ga je op pad om medische keuringen uit te voeren.’ Lachend: ‘En zo is iedere dag weer anders.'
Van orthopedie naar bedrijfsgeneeskunde
Een jaar geleden begon Karin haar loopbaan in de bedrijfsgeneeskunde. In eerste instantie als anios, maar sinds kort volgt ze de vierjarige beroepsopleiding, die bestaat uit vier dagen werken en één dag per week institutioneel onderwijs. Daardoor mag ze zich over een aantal jaar officieel bedrijfsarts noemen. Het had overigens zomaar anders kunnen lopen: drie jaar lang werkte Karin als anios op deafdeling Orthopedie in een ziekenhuis. ‘Het vak vond ik geweldig, maar de nachtdiensten braken me op. De dagen erna sliep ik vaak slecht. Ik kwam tot de conclusie dat die onregelmatigheid te zwaar voor me was en dat ik beter iets anders kon gaan doen. Een functie buiten het ziekenhuis, met regelmatige werktijden.’ Via BKV, een uitzendbureau voor artsen, kwam Karin in aanraking met de bedrijfsgeneeskunde en kon ze solliciteren bij De Bedrijfspoli in Nijmegen. ‘Eigenlijk had ik geen idee of het iets voor me was, ik kende het specialisme nauwelijks.Dat vertelde ik ook tijdens mijn sollicitatiegesprek. Gelukkig kreeg ik alle ruimte om het vak te ontdekken.’
Dankbaar beroep
Dat ontdekken bleek niet nodig, want Karin was meteen verkocht. ‘De meeste mensen willen graag weer aan het werk tijdens of na hun ziekte en zijn enorm gemotiveerd. Dat ik ze daarin kan begeleiden én mijn medische kennis kan inzetten, geeft me voldoening. Bovendien werk ik veel met patiënten die een fysiek zwaar beroep hebben. Daardoor ben ik nog steeds inhoudelijk met het bewegingsapparaat bezig. De link met orthopedie is er nog.’
Ook de raakvlakken met het bedrijfsleven spreken Karin aan. Regelmatig zit ze met de directie van een bedrijf om tafel om het ziekteverzuim te analyseren. ‘Soms stuit je op bepaalde “trends”. Is er op een bepaalde afdeling een stijging in – bijvoorbeeld – het aantal longklachten? Dan kan dat reden zijn tot verder onderzoek.’ Tijdens zo’n gesprek benoemt ze ook de bevindingen van werknemers met wie ze heeft gesproken. ‘Als zij de werkdruk te hoog vinden, is dat een belangrijk signaal. Het kan immers tot uitval leiden. In die zin kan ik wat invloed uitoefenen op het beleid.’
Preventie
Naast het begeleiden van patiënten is de bedrijfsgeneeskunde grotendeels gericht op preventie. Karin: ‘Er zijn veel beroepen waarbij mensen werken met vervuilde objecten en toxischestoffen. Als bedrijfsarts denk je mee hoe zij op een medisch veilige manier kunnen werken en moet je alert zijn op symptomen van beroepsziekten.’ Een belangrijk onderdeel is het periodiek preventief medisch onderzoek. ‘Tijdens dat onderzoek doe ik de anamnese, lichamelijk onderzoek en beoordeel ik bloeduitslagen, ecg’s en longfunctietesten. Ik geef de patiënt advies, verwijs indien nodig door en maak een rapport voor de werkgever met daarin de bedrijfsrisico’s. Zonder namen te noemen uiteraard, want ook hier geldt het medisch beroepsgeheim.’
Mannetje staan
Aanmelden voor de komende opleidingsronde is mogelijk tot 12 maart 2022 via www.radboudumc.nl/verslavingsarts. Je vindt hier ook meer Hoewel het prettig is dat je als bedrijfsarts snel kunt schakelen tussen werkgever en werknemer, is het soms ook een uitdaging. Karin: ‘Zeker als er sprake is van een conflictsituatie. Dat zijn de moeilijkere consulten, want je moet onafhankelijk blijven en medische en niet-medische zaken gescheiden houden. Als iemand echter ziek wordt door een arbeidsconflict, moet dat wel door beide partijen worden opgelost.’ De kunst is volgens Karin om er nooit tussenin te gaan zitten en de rol van adviseur te behouden. ‘Lastig, want als dokter wil je van nature dingen oplossen. Wat dat betreft moet je in dit vak wel je mannetje staan.’
Nieuwe ontwikkelingen
Het specialisme is voortdurend in ontwikkeling: door veranderende wetten krijgt de bedrijfsarts steeds te maken met nieuwe regels. De grootste verandering vindt echter ‘intern’ plaats, stelt Karin. ‘Er komt een tekort aan bedrijfsartsen, want een flinke groep gaat binnenkort metpensioen.’ Voor studenten is de kans om aangenomen te worden daarom groot. ‘Het werkt overigens wel iets anders dan in ziekenhuizen: omdat er geen subsidiepotje is, moet de betreffende arbodienst de opleiding betalen. Om die reden werken de meeste bedrijfsartsen het eerste jaar als anios. Vaak is de werkgever daarna bereid om de opleidingskosten op zich te nemen.’
Grote bijdrage
Karin vindt het jammer dat de bedrijfsgeneeskunde met vooroordelen kampt. Zo wordt gedacht dat basisartsen kiezen voor bedrijfsgeneeskunde als ze niet weten welke richting ze op willen. Dat is niet zo, vertelt Karin. ‘Het is een juist een beroep waar veel mensen – zoals ik – bewust voor kiezen.’ Ook wordt de bedrijfsarts nog steeds een beetje gezien als een stoffige, mislukte specialist die patiënten alleen maar naar hun werk stuurt. Onterecht, vindt Karin. ‘Het werkpalet is zoveel breder: je bent een generalist met kennis van ziektebeelden, het bedrijfsleven en wetgeving. Bovendien stel je als arts nog steeds diagnoses, doe je lichamelijk onderzoek en verwijs je door. Afstemming met de huisarts of een medisch specialist is hierbij erg belangrijk.’
Vooral op sociaal-medisch gebied speelt de bedrijfsarts een grote rol, vertelt Karin. ‘Zeker nu de opnameduur in ziekenhuizen korter wordt, hebben specialisten minder tijd om hun patiënten te spreken. Terwijl mensen toch allerlei vragen hebben, met name over wat ze wel of niet kunnen met hun ziekte. Wij hebben daarvoor wel tijd, kunnen een luisterend oor bieden én een vertaalslag maken naar de mogelijkheden op werkgebied. Als bedrijfsarts lever je een grote bijdrage aan het welzijn van een patiënt.’
de opleider
Praktijkopleider Marieke Jacobs is bedrijfsarts bij De Bedrijfspoli in Nijmegen.
Wat is het kenmerkende van dit specialisme?
‘De bedrijfsarts heeft een brede kijk op zaken en neemt niet alleen de ziekte, maar ook de arbeids- en privéomstandigheden van de cliënt mee in het oordeel. Daarnaast is preventie een belangrijk onderdeel. Zo had ik laatst een patiënt die voor zijn werk de hele dag moest zitten, maar met chronische rugklachten kampte.Uiteindelijk bleek een zit-statafel een goede oplossing. Je moet op tijd alle bedrijfsrisico’s kennen om nadelige gezondheidseffecten te voorkomen.’
Wat zijn de belangrijkste vakken en competenties?
‘Tijdens de opleiding komen zaken als bedrijfsrisico’s, sociale wetgeving, preventief medisch onderzoek (PMO), beroepsziekten en communicatie aan bod. Datlaatste is ook een belangrijke competentie. Als bedrijfsarts bevind je je in een soort krachtenveld van organisaties. Je moet goed kunnen manoeuvreren tussen al die partijen en aanvoelen wat je wel en niet kunt zeggen.’
Klopt het beeld dat studenten van dit specialisme hebben met de realiteit?
‘Veel mensen blijken een “geitenwollensokkengevoel” bij dit beroep te krijgen. Als ik echter naar ons team kijk, zie ik met name jonge, enthousiaste mensen. Die bovendien met passie over hun vak praten. En de coassistenten die hier komen, zijn doorgaans positief verrast door de veelzijdigheid van het beroep. Wat dat betreft is het jammer dat het specialisme relatief onbekend is.’
Wat zijn belangrijke ingrediënten van een werkdag?
‘Een groot deel van de tijd heb je spreekuur of bespreek je het ziekteverzuim met een werkgever. Daarnaast doet de bedrijfsarts ook keuringen, voor – bijvoorbeeld – vrachtwagenchauffeurs van wie het rijbewijs verlengd moet worden. Ook is er ruimte voor bijscholingsactiviteiten. Hoewel bedrijfsgeneeskunde een bredeinteresse vraagt, zijn er ook bedrijfsartsen die zich verder specialiseren na hun beroepsopleiding. Zelf volg ik nu een cursus voor bedrijfsarts consulent oncologie. Onregelmatige diensten komen niet voor, maar het kan gebeuren dat een klant keuringen op een zaterdagochtend wil plannen. Op dat vlak moet je enigszins flexibel zijn.’
Wat is het belangrijkste voor- en nadeel?
‘Het voordeel vind ik dat je mensen vaak voor langere tijd begeleidt, waardoor je een band opbouwt en ze op weg helpt weer een goede balans te vinden. Een nadeel kan zijn dat je niet praktisch bezig bent. Toch is het vak ook niet compleet beschouwend, want je begeleidt patiënten, doet lichamelijk onderzoek en verwijst mensen met klachten. Chirurgische ingrepen komen echter niet aan bod.’
Dit artikel verscheen eerder op Arts in Spe.
Dit artikel delen?